Cup

Op de salontafel staat verder niets, alleen de cup die mijn vader heeft gewonnen, als beste nieuwkomer bij een stand-upcomedy wedstrijd. Het was best wel een big deal, hij was op de radio en had in de krant gestaan. Hij heeft alles bewaard, zelfs zijn kostuum. Hij zegt dat je zoiets nodig hebt op het podium om echt even iemand anders te zijn. Hij noemt het het onderscheid tussen Wim en Willem. Wim was hij op het podium omdat hij Willem niet vlot genoeg vindt klinken. In het kostuum lijkt hij nog steeds gewoon op mijn vader.
Iedere avond komt hij naar beneden om zijn nieuwe stukjes voor te lezen. Mijn moeder pauzeert de televisie even. Hij heeft het kostuum weer aan. Soms vertelt hij een week lang variaties op hetzelfde stukje. Mijn moeder zegt altijd: Leuk Wim! Soms voegt ze daar een ‘Echt heel leuk’ aan toe.